Een Overzicht betreffende de Dwalingen van Djamaa'at at-Tabliegh

Shaych Moeqbil ibn Haadie al-Waadi’ie

Enkele punten van kritiek betreffende Djamaa'at at-Tabliegh:

En wat betreft Djamaa'at at-Tabliegh, dan ligt hier voor jou hetgeen wat onze edele broeder Mohammed ibn 'Abdoel-Wahhaab al-Wassaabie heeft geschreven. Hij zegt:

1. “Zij handelen volgens zwakke ahadieth. Sterker nog, zij handelen volgens gefabriceerde ahadieth en ahadieth die geen basis hebben.
2. Je zult vele innovaties bij hen vinden. Sterker nog, hun da'wah is gebaseerd op innovaties. De ruggengraat van hun da'wah is choeroedj (er op uit trekken) met een limiet van drie dagen in de week, vier maanden in het jaar en (minimaal) vier maanden tijdens iemands leven. En dan hebben ze elke week twee excursies (djauwlah): één naar de moskee waarin gebeden wordt, en de ander is een zwervende excursie. En ze hebben elke dag twee studiekringen waarvan de één in de moskee is waarin gebeden wordt en de andere in een huis. En ze zullen niet tevreden zijn met een persoon totdat hij dit aanhangt. En er is geen twijfel dat dit een innovatie is in de religie voor welke Allaah geen autoriteit heeft nedergedaald.
3. Zij voelen dat de uitnodiging naar de Tauwhied conflicten veroorzaakt in de Oemmaah.
4. Zij voelen dat de uitnodiging naar de Soennaah conflicten veroorzaakt in de Oemmaah.
5. Hun leider zegt op strenge/onbuigzame wijze:
“Een innovatie die de mensen bij elkaar verzamelt is beter dan een Soennaah die de mensen verdeelt.”
6. Zij hebben vijandschap tegen Ahloes-Soennaah.
7. Zij belemmeren direct of indirect de mensen om profijtvolle kennis op te doen.
8. Zij voelen dat er geen verlossing is voor de mensen behalve door hun weg en zij maken een vergelijking met de Ark van Noeh; bewerende dat dit (hun uitnodiging) is zoals de Ark van Noeh; diegene die aan boord is, is veilig en diegene die niet aan boord is, is vernietigd. En zij zeggen: “Onze Da'wah is zoals de Ark van Noeh.” Werkelijk, ik heb soortgelijke uitspraken gehoord van hen in Jordanië en Jemen.
9. Zij hechten geen belang aan Tauwhied al-Oeloehieyah (Eénheid van Allaah in de aanbidding (van Hem)) en Tauwhied al-Asmaa' was-Siefaat (Eénheid van Allaah in Zijn Namen en Eigenschappen).
10. Werkelijk, zij bereiden zichzelf niet voor om kennis te zoeken. Zij voelen dat de tijd die besteed wordt met het zoeken naar kennis tijdverspilling is. En zij bezitten nog andere kenmerken dan die al genoemd zijn.”

Einde van de woorden van Shaych al-Wassaabie.

Verdere bekritiseringen tegen deze Djamaa'at zijn onder andere:

1. Gebrek aan interesse met betrekking tot Aqiedah.

Het zou zo kunnen zijn dat een man Djamaa'at at-Tabliegh veertig jaar vergezeld en je zult hem dan nog steeds vinden op zijn geïnnoveerde aqiedah, of een ‘aqiedah wat bestaat uit Shirk. En dit is in tegenstelling tot de Soennaah aangezien de Boodschapper van Allaah (salallaahoe 'alayhie was sallem) Moe`aadh ibn Djabal, toen hij hem naar Jemen stuurde, opgedroeg dat hij moest beginnen door de mensen uit te nodigen naar de getuigenis dat niets of niemand het recht heeft om aanbeden te worden behalve Allaah alleen en dat Mohammed Zijn Boodschapper is [deze hadieth staat in Boechaarie en Moeslim]. Dus, de da`wah naar Tauwhied komt vóór elke andere zaak en diegene die zich zelf overgeeft aan Tauwhied is bereid en klaar om afstand te doen van alles dat in tegenstrijd is met de Sharie`ah.

2. Gebrek aan interesse met betrekking tot Kennis.

Je zult onder hen personen zien die meer als 20 jaar hebben gespendeerd (aan choeroedj etc) en toch blijft hij in zijn onwetend- en in verlatenheid van kennis en goedheid. Boechaarie en Moeslim hebben in hun sahiehs overgeleverd dat de Boodschapper van Allaah (sallallaahoe 'alayhie was sallem) heeft gezegd:


“Met wie Allaah het goede mee voor heeft, Hij geeft hem het begrip van de Dien (religie).”

De uitnodiger naar Allaah is degene die het meest verdient om ijver en enthousiasme te hebben voor de nuttige kennis zodat hij de mensen kan uitnodigen met Basierah (duidelijk bewijs, zekere kennis, met inzicht) Allaah zegt:

“Zeg: Dit is mijn weg, ik nodig uit naar Allaah met Basierah (kennis), ik en diegene die mij volgen, en vrij is Allaah van alle imperfecties, en ik ben niet van diegene die partners toeschrijven in de aanbidding naar Allaah.” [Soeraah Yoesef 12: Vers 108]

3. Tekortkomen in het bekend maken van bepaalde zaken en achteloos zijn betreffende een groot gedeelte van de Sharie`ah.

En Allaah de Meest Verhevene zegt:

“O jullie die geloven treedt volledig in de Islaam.”


Dat betekent dat je de Islaam volledig neemt in al zijn aspecten. Zeer zeker, veel van de uitblinkende mensen van de kennis vluchten van hun da`wah vanwege deze reden. En we maken het niet verplicht voor hen om te spreken over deze zaken waarin ze niet capabel zijn en wij geven hen geen toestemming om te spreken over de aangelegenheden waarover ze geen kennis hebben. Maar we zeggen: Zeer zeker is het aan de uitnodiger naar Allaah dat hij spreekt met rechtvaardigheid vanwege Zijn uitspraak: “En als je spreekt wees dan rechtvaardig...”, en de Boodschapper van Allaah (salallaahoe 'alayhie was sallem) beval Aboe Dharr om de waarheid te spreken ook al was het bitter.

4. Partijgeest voor de Madhab van Aboe Haniefah

Partijgeest aan de madhab van Aboe Haniefah wordt gevonden onder velen van hen, maar de uitnodiger naar Allaah, in feite elke moslim, voor hem is het noodzakelijk om zich te onderwerpen aan het bewijs.

“En het is niet aan een gelovige man of vrouw wanneer Allaah en Zijn Boodschapper een aangelegenheid hebben bepaald, dat zij (daarna) nog een keus hebben in hun aangelegenheid. En wie dan ook ongehoorzaam is aan Allaah en Zijn Boodschapper zeer zeker is hij afgedwaald.” [Soeraah Ahzaab 33: Vers 36]

Dus hoe kan een persoon uitnodigen naar het volgen van de Boodschapper (salallaahoe 'alayhie was sallem) terwijl hij de eerste is die (de Boodschapper) tegen gaat?

“O jullie die geloven! Waarom zeggen jullie hetgeen wat jullie niet doen? Het is enorm verfoeilijk tegenover Allaah dat jullie zeggen wat jullie niet doen.” [Soeraah Saff 61: Vers 2-3]

“Bevelen jullie al-Birr (vroomheid en rechtschapenheid en elke daad van aanbidding naar Allaah toe) aan de mensen en vergeten jullie om het zelf te praktiseren, terwijl jullie het Boek reciteert? Denken jullie dan niet na?” [Soeraah al-Baqarah 2: Vers 44]

En Shoe'ayb (‘alayhie sallem) zei:

“En ik wil niet, in tegenstelling tot u, zelf hetgeen doen dat ik u verbied. Ik wil alleen voor zover ik kan een verbetering aanbrengen, tot het beste van mijn kunnen.” [Soeraah Hoed 11: Vers 88]

5. Het overleveren van zwakke en gefabriceerde ahadieth, en ahadieth die geen fundament of basis hebben.

De Boodschapper (salallaahoe 'alayhie was sallem) heeft gezegd:

“Pas op voor het overleveren van mij want wie iets toeschrijft aan mij, laat hem dan de waarheid zeggen en degene die iets over mij zegt wat ik niet heb gezegd, laat hem dan zijn zetel in het hellevuur nemen.” [Overgeleverd door Ahmed op gezag van Aboe Qataadah]

En wie zegt: “Sommigen van de mensen van kennis hebben het overleveren van zwakke ahadieth toegestaan die betrekking hebben op de deugdzame daden”, dan heeft hij niet voldaan aan de voorwaarden die daarbij horen, en dat is dat de hadieth niet zeer zwak mag zijn en dat het een basis moet hebben (in de Islaamitische wet) en dat het handelen ernaar niet alledaags en wijdverspreid wordt.

En daarbij komt kijken, dat het niet toegestaan is om ahadieth te overleveren behalve hetgeen wat is vastgesteld... en wanneer hij spreekt met de zwakke en vervalste ahadieth en hetgeen wat geen basis heeft dan is het duidelijk dat het niet toegestaan is om ernaar te handelen, en Allaah weet het, het beste.

Arabische bron: Tadjoemah Abie 'Abdoer-Rahmaan Moeqbil ibn Haadie el-Waadi'ie Pag. 137-138 Al-Mukhraj min al-Fitnah